Episode uit het leven van Gideon

Regiezitting Gideon van Meijeren_FvD

De regiezitting

We hebben met interesse kennis genomen van de afgelopen Woensdag gehouden regiezitting in de kwestie van Gideon van Meijeren met de beschuldiging van opruiing. [link video: https://yewtu.be/watch?v=6914xmBoXUM]

We genoten van de heldere en rustige uiteenzetting van Gideon. Daarvoor onze complimenten. Wat een man! We kotsten van de gluiperigheid van de Officier. Voor wat de President van de rechtbank, wel, we werden gevoerd van ongeloof tot ongelooflijke hilariteit. De indruk van een „watje“ was sterk aanwezig. Of was het gewetenswroeging en het beste van de omstandigheden maken?

De President

Zijn bijnaam zou ‘de hakkelaar’ moeten zijn. Er is geen zin die deze man zonder stamelen, regressie, en een hele serie aan eh’s kan spreken. Zouden we een Euro krijgen voor elk gebrek aan oratorisch vermogen, zo zouden we Gideon een goede advocaat kunnen geven.

De President voert ons in deze zaak in met een lange inleiding. Dan gaan bij ons al de haren overeind staan. „Waar zit de listigheid?“.

En gelukkig, we hoefden er niet lang op te wachten. De President ging slapjes mee aan de hand van de trucjes van de Officier. Want, die lange inleiding was er om in slaap te sussen en te framen. Het is MAAR een regie-zitting, we zitten hier gemoedelijk bij elkaar te keuvelen, wij begrijpen u volkomen, u begrijpt ons, nou, geweldig toch! Waar is de thee?

Maar wat gebeurde er? De inleidende woorden van de officier bleken een voorschot op het einde van de zaak te zijn. Indien art 6 EVRM, in de woorden van deze President, pas beoordeeld kan worden aan het eind van een zaak, hoezo staat deze President de officier dan toe het einde al te introduceren?

Dan dat gehakkel over de kwaliteit van het dossier en hoe het wordt toegezonden! Gesprekken over hoe je chocolade taart maakt zijn beter!

Hier krijgt de Officier dus wederom ruimte om zijn ding te doen.

En toen gebeurde er nog wat. Eerst werd de proces-gang afgetikt, toen de aard van de verdediging, toen de getuigen.

Wacht eens even? Is dat wel de juiste volgorde? We komen daar straks nog even op terug. Feit is, dat die volgorde er dus was, en dat die volgorde en de beslissingen daarin gevolgen hebben voor het verdere verloop. De keuze van deze volgorde was dus ook in het voordeel van de Officier.

Verder kreeg de Officier nogal wat tijd om zijn bezwaren te uiten. Sterker nog, de zitting werd voor een half uur verdaagd (!), zodat de man i.p.v. een voorlopig antwoord, een geschreven reactie kon geven. En die reactie zag op de aard van de verdediging.

De President werd bij de tweede vermelding van het begrip “voorlopig antwoord“, pas wakker. „Wat bedoelt u daarmee?“. „Nou ja, ik kan natuurlijk niets uit mijn mouw schudden“, was het antwoord van de Officier.

Voor we het in de gaten hadden, was de hele rechtszaak al gevoerd en klaar voor een voorlopig vonnis.

En ja, de President had geen behoefte aan een les rechtsfilosofie of psychologie, want ze kenden alle uitspraken van de Hoge Raad en Europees Hof voor de Rechten van de Mens.

De verspreking was ook hilarisch. Terwijl de man stamelde over de keuze van de woorden zei hij: het bewezen verklaarde …. OEI! We zitten in de regiezitting! …eh .. eh … ten eh .. laste gelegde.

Hmmmm …. wacht het vonnis nog, of is het er al?

Hilarisch was toen de President meende dat, uiting gevende aan zijn idee van rekening houden met het feit dat Gideon geen advocaat bij zich had, zei: „Wij denken met u mee“. Heel even was te zien dat wat hij zei inderdaad een scherts was.

„De {RECHT}BANK denkt met u mee“.

Welke bank had dat ook al weer als slogan? En daarvan weten we al jaren, dat dit meedenken slechts beperkt is tot het voordeel van die Bank.

Dat het een scherts was, blijkt ook uit het feit dat de President zich, in plaats van naar Gideon, naar rechts bewoog en zijn mede-rechter-collega aankeek.

Verder is duidelijk dat de President zeer goed wist wat de Officier nog te vertellen had. Zelfs daar werd de schone schijn van onwetendheid niet opgehouden.

Een van de meest prangende zaken is nog wel de kwestie van de tijd. Gideon meldde terecht dat hij niet voor deze gang had gekozen. Hij wordt dus beschuldigd, en of die beschuldiging nu beklijft of niet, feit is dat die beschuldiging is aangebracht. En dit heeft tot gevolg dat de Rechtbank economisch met de tijd moet omgaan, vanwege allerlei andere zaken. Met andere woorden: we beschuldigen maar maken geen tijd voor uw verdediging. We kijken alleen naar de materiële kant van de zaak. Had u verder nog iets?

Het beslag dat deze systeem-figuren leggen op de tijd en energie van een ander, en dan vervolgens frivool de ruimte om je met alle middelen rechtens te kunnen verdedigen in te perken, is werkelijk een gotspe.

Middelen rechtens en andere opmerkingen

Apropos, middelen rechtens, die bestaan niet. Er zijn alleen middelen welke de wet toestaat, althans in het Nederlandse rechtssysteem. Het is noodzakelijk het verschil tussen recht en wet goed te begrijpen. Wet kan alleen voortkomen uit een rechtsbetrekking. Recht en wet kunnen samenvallen, indien de wet het recht verwoordt, echter, wederom, dan moet er sprake zijn van een rechtsbetrekking.

En dan is de vraag: welke rechtsbetrekking?

Wel, die van de conventie. Gideon is aanwezig als convenant. En die conventie komt voort uit de dagvaarding. Dit zal je niet rechtstreeks kunnen vinden. Wel kan je dit vinden in de Burgerlijke Rechtsvordering onder „re-conventie“. Dat houdt in een tegeneis die behandeld wordt als een gelijktijdig maar aparte conventie.

Conventie, contract, overeenkomst, gemeenschap, etc., zijn allemaal woorden die overeenkomsten met elkaar hebben. Wanneer je een afspraakje maakt met een beoogd geliefde, dan is er sprake van een conventie, een samengaan. Er is een overeenkomst, dus een ver-enig-ing. De rechtsbetrekking, dus.

En na dit zijstapje is het tijd om te gaan kijken naar de Officier.

De Officier

De Officier wil wat inleidende opmerkingen maken. Naast het feit dat het hier om een publieke zaak gaat, wordt deze zaak ook live-gestreamd. Dus, het is van belang, voor de beeldvorming, daar vroegtijdig een draai aan te geven.

Dus de inleidende woorden van de officier zien op:

1. Voorlezen van de ten laste legging;
2. de bewijzen ervoor;
3. afweging waarom deze zaak dient.

Bovenaan zijn schriften staat: Requisitoir (onderaan dit blogartikel een toelichting op die term).

WAT?!? Dat is het einde van de zaak, na alles gehoord is! Zie hiervoor als voorbeeld: https://www.studocu.com/row/document/university-of-aruba/oefenrechtbank/voorbeeld-requisitoir/1435260.

Maar nee, het Requisitoir doen we tijdens een regiezitting aan het begin. Is het aan de Officier om tijdens een regiezitting deze drie punten aan te geven? Uiteraard niet. De President corrigeert het overigens wel met woorden, maar dat doet niet zoveel. De schade is er al. Het geeft, uiteraard, een wezenlijk inkijkje in hoe het OM in de zaak zit en hoe sturend zij zich opstelt.

Dus, wat gebeurde er hier? Feitelijk heeft de officier de zaak behandeld en openbaar gemaakt en aangegeven dat de verdediging geen poot heeft om op te staan.

Vervolgens grijpt de Officier nog eens in. En dat is op het moment dat er over getuigen wordt gesproken. Uiteraard kan hij niets uit de mouw schudden. Wow! Wat een stelling! De President was een en al welwillendheid en schorste de zaak voor 30 minuten, waarna de Officier zijn bezwaren tegen de getuigen onderbouwd kon weergeven. Ook hier zie je de buiging, de onderdanigheid van de President van de rechtbank jegens het OM.

Nope; we hebben geen behoefte aan geneuzel over de filosofie van het recht! Het gaat om de materie! En verder, tja, deskundigen kunnen ten aanzien van het gevoel van Gideon weinig zeggen.

Perfect! Weg getuigen.

Maar er is nog iets, want wat betekent het iets goed te onderbouwen? We gaan op deze vraag nog geen antwoord geven. Maar denk hier zelf eens over na: Wat betekent het iets goed te onderbouwen in termen van rechtszaken?

Gideon

Gideon was helder en hield zich enorm goed. Wat dat aangaat: Wat een man! Doe het maar eens.

Toch past het ook hier om nuchter te bekijken, in het licht van de gebeurtenissen zoals hierboven beschreven, wat er plaatsvond van zijn kant.

Hij stelde zich te weer tegen de framing door de officier. Dat is een plus. Maar waaruit bestond zijn verweer?

Ten eerste ging het om de kwaliteit van het dossier. Terecht merkte hij op dat hij niet vond gaan, dat er te elfder ure nog zaken aan het dossier werden toegevoegd, waarvan hij onvoldoende kennis kon nemen, en zijn voorbereiding op verdediging beïnvloeden zou.

Voorheen kreeg hij de stukken via de post. Nu ging hij mee in de praktische werkwijze door e-mails toe te staan. Hier zien we gemak het winnen van principe. Hij had moeten blijven staan op het bekomen van een volledig dossier bij „aangetekend schrijven“. Dat is één van de regie-elementen die hij kan controleren en waarin, al aangetoond, de Officier vormfouten maakt.

Nu kan het zijn dat Gideon niet gebruik wil maken van vormfouten maar juist de aan het recht onderliggende filosofische standpunten wil benutten ter verdediging van zijn uitspraken. Hij geeft echter hiermee wel een drukmiddel weg. Dat lijkt ons niet zo handig.

Ook verhief hij verweer tegen de framing. Maar niet onderbouwd met de mededeling dat deze overwegingen pas aan het einde dienden te komen en niet aan het begin, en het de Officier niet past, en ook de rechtbank niet, tijdens een regiezitting, kennis te nemen van die inhoud. En hij gaf zijn verweer pas NADAT de framing had plaatsgevonden. Dus terwijl de President dit alles liet gebeuren gaf hij geen tekens dat hij inspraak wilde.

Enerzijds toont dat zijn enorme zelfbeheersing, waarvoor alle hoogachting. Anderzijds toont het mogelijk een gebrek aan inzicht in hoe het spel gespeeld wordt. Daarbij houden we ook rekening met het feit dat hij het niet nodig achtte, omdat hij toch al rekening hield met gechicaneer, en erop rekent dat wij dat zien.

Nu is onduidelijk of de President deze onderbreking had ingewilligd, maar het had in elk geval Gideon beter gepositioneerd om zijn verweer tegen de framing vorm te geven.

De tweede framing kwam van de zijde van de Officier toen deze zijn mening ten beste gaf over het nut van het horen van de aangedragen getuigen.

De relatie die de Officier legde was met art 41-2 SR. Gideon had kunnen verweren op 41-1 SR. Het verschil zit hem erin dat lid 2 ziet op de gemoedstoestand op het moment suprême, welke, terecht, geen onderwerp van deze deskundigen kunnen zijn, en lid 1 ziet op de noodtoestand van onmiddellijk gevaar voor persoon, goed en goede naam door wederrechtelijke aanranding. Een duidelijk andere situatie, en daarover kunnen de getuigen wél verklaren.

Terwijl de officier het spel van: „Ik kan niet zomaar iets uit mijn mouw schudden“ – speelt en dus 30 minuten buiten de zaak krijgt om iets op papier te zetten, om maar geen „voorlopige mening“ ten beste te geven, had Gideon dit kunnen kopiëren. Dit zou hem in staat gesteld hebben de mening van de Officier van repliek te dienen. En mogelijk met succes.

Had de rechtbank dit niet toegestaan in zijn geval, zo zou duidelijk geworden zijn dat er sprake is van ongelijke behandeling en dus vooroordeel.

Maar voordat dit debacle zich afspeelde, werd de vraag geopperd hoe Gideon zich ging verdedigen. Hij beschreef de aard van die verdediging op hoofdlijnen.

Wij denken dat dit niet echt de vraag van de Rechtbank was. Eerder, welke elementen wilt u gebruiken om tot een verdediging te komen: doet u dat op basis van argumenten op de wet, getuigen verhoren, video’s die u wilt inbrengen, dus eigenlijk: welke voorzieningen moeten we treffen zodat u volledig in uw verdediging wordt gefaciliteerd?

Door de basis waarop hij zijn verdediging wilde richten te onthullen, gaf hij de wakkere Officier het middel om de getuigen af te serveren.

De President hinderde hem niet die fout te maken. Hij herinnerde Gideon er slechts nogmaals aan een advocaat te nemen, omdat hij bepaalde kennis mist. En die kennis ligt in de wijze waarop de rechtbank samen met de Officier trucjes en vallen uitzet.

Nogmaals, hoogachting voor het gaan naar een rechtszaak zonder advocaat! Maar, het is een mijnenveld, en fouten zijn zo gemaakt.

We komen nog even terug op de interactie ten aanzien van artikel 6 EVRM, kort gezegd: „Het recht op een eerlijk proces“. Volgens de President kan dat alleen achteraf worden beoordeeld. Het ingeleverde requisitoir van de Officier heeft dat einde naar voren gebracht en dus terecht dat Gideon erop wijst dat zijn proces wel eerlijk moet zijn. De gronden waarop, in relatie tot de gebeurtenissen ter plaatste, heeft hij niet uitgesproken. Hiermee had hij de heren behoorlijk in een lastig parket kunnen brengen, mogelijk zelf met recursie als gevolg.

Sommigen hebben opgemerkt dat Gideon de rechter had moeten wraken. Uiteraard is dat een mogelijkheid. We wijzen slechts op het feit dat dit al vaker is gebeurd, en de uitkomst is veelal dat het op niets uitloopt. Eerder, dat de betreffende rechters chagrijnig worden. Ze weten dat het kan, dat het nooit beklijft, maar het stuurt hun hele dag in het honderd.  

Strategie

Tot slot willen we nog wat woorden besteden aan strategie. We hebben geen enkel idee van Gideon’s strategie. Misschien dat hij dit allemaal wil uitspelen tot aan de Hoge Raad en wellicht verder. Maar misschien ook niet. Geen idee. Afhankelijk van de strategie kan het nuttig zijn de andere partijen fouten te laten maken en daarin niet in te grijpen. Die kan je altijd later mogelijk nog gebruiken.

Overwegingen

Wat wel duidelijk is, is dat ‘LAW-FARE’ ook hier in Nederland wordt beoefent met een aantal doelen:

1. Het beperken van de geluiden van de tegenstanders van het huidige narratief.

2. Indien mogelijk: verwijderen van tegenstanders van het publieke debat en politieke posities.

Zo heeft „Colorado State“ Trump recent van de 2024-Ballot gehaald en bepaalt dat op grond van het 14e amendement en zijn gedrag op Januari 6 2020 waar hij een insurrectie tegen de USA heeft gepleegd [volgens het narratief] en dus niet verkozen kan worden in de Colorado State.

De man Trump is er niet eens voor veroordeeld! Hoe kunnen ze dan een dergelijke keuze maken? Op listige wijze wordt op deze manier het principe van een eerlijke procesgang (Due Process) omzeilt. Cheaters will cheat, no doubt.

En zo zie je ook hier: pak ze op kleine elementen, die mogelijk effect hebben op de parlementaire positie. Want veroordeeld voor opruiing in het kader van revolutionair elan zijn, wat betekent dat dan voor de eed van de parlementariër?

Anderzijds, moeten we ook constateren dat onze Oosterburen, als personeelsleden van de Truehand (Trust) Bundes Republik Deutschland, in de grondwet wél het recht van verzet hebben, maar in Nederland deze is beperkt tot:

  1. Gebruik maken van het administratieve recht (verzet, beroep, cassatie);
  2. petitie;
  3. demonstratie op een plek die de heersers goed uitkomt;
  4. deelname aan de 2e kamer.

En omdat de heersers dit hele spectrum zelf al beheersen, behoeven ze geen slapeloze nachten te krijgen wanneer het volk zich trouw aan deze voorzieningen houdt. Maar o, wee, indien het anders is!

Het was in het „requisitoir“ van de Officier duidelijk te horen hoe men het verafschuwt dat er een revolutionair elan zou ontstaan.

Wellicht, bij hun aan de dinertafel, wordt het schokkende verhaal verteld van een zekere Prins William IV die, mid-januari van 1795, gedwongen was in schande de vissersboot naar Engeland te nemen, en moest waden door de koude baren ….Ondenkbaar zoiets!

De uiteindelijke vraag is: wanneer is een wet onrechtmatig en welke middelen gebruik je om je recht te verdedigen? Juist omdat in Den Haag het spel van wet = recht wordt gespeeld, en er dus ogenschijnlijk verwarring is op dat terrein, worden velen hier in meegezogen en in onmacht geplaatst. Het lijkt ons duidelijk dat het openbaar ministerie (OM) opdracht heeft gekregen om deze zaak op te starten. Waar die opdracht vandaan is gekomen, zal wel een raadsel blijven, maar het is zeer aannemelijk dat dit een politiek motief kent en dus uit die burelen vandaan komt. Gideon heeft Mark Rutte immers al eens eerder te kakken gezet inzake de connecties met het WEF. Daar werd glashard gelogen (door Rutte). Zo zei Pieter Omtzigt tijdens de verkiezingsdebatten nog letterlijk: “Ze hebben de hele boel bij elkaar gelogen”, doelend op allerlei politieke dossiers die vanaf maart 2020 werden ingezet door de toen en nu zittende regering (inmiddels demissionair).

Deze episode uit het leven van Gideon maakt duidelijk dat niet alleen de democratische recht-staat dood is, maar ook de recht-spraak. Er valt geen recht-heil te verwachten uit die Hollandsche hoek van de macht.

Het is het zoveelste bewijs dat alle onderdelen van de Trias Politica niet te vertrouwen zijn. En dan is het zelf regelen van je rechtspositie een noodzaak. Op dit punt zijn we al enige tijd aanbelandt. Vandaar ons initiatief. Wil je meer weten, stel je vragen via contact@veiligenvrij.nl

Blijf veilig, blijf vrij!
Tot ziens!
Veilig & Vrij


Toelichting begrip requisitoir
Een “requisitoir” is een term die wordt gebruikt voor de slotrede van het Openbaar Ministerie (OM) tijdens een strafproces. Het is een betoog waarin de officier van justitie de bewijsmiddelen samenvat, het standpunt van het OM presenteert en de straf motiveert die volgens hen moet worden opgelegd.

Tijdens een regiezitting, die vaak plaatsvindt voordat de eigenlijke inhoudelijke behandeling van de zaak begint, worden procedures besproken en worden zaken voorbereid voor de echte zitting. Het gebruik van de term “requisitoir” tijdens de regiezitting is daarom niet op zijn plaats, omdat het doorgaans wordt gebruikt bij het afsluiten van een zaak, niet bij het regelen van de procedure.


Toelichting begrip requisitoir
Een “requisitoir” is een term die wordt gebruikt voor de slotrede van het Openbaar Ministerie (OM) tijdens een strafproces. Het is een betoog waarin de officier van justitie de bewijsmiddelen samenvat, het standpunt van het OM presenteert en de straf motiveert die volgens hen moet worden opgelegd.

Tijdens een regiezitting, die vaak plaatsvindt voordat de eigenlijke inhoudelijke behandeling van de zaak begint, worden procedures besproken en worden zaken voorbereid voor de echte zitting. Het gebruik van de term “requisitoir” tijdens de regiezitting is daarom niet op zijn plaats, omdat het doorgaans wordt gebruikt bij het afsluiten van een zaak, niet bij het regelen van de procedure.

Gerelateerde blogs

Login

Ben je al ingelogd? Klik dan hier voor toegang.